Transitievergoeding
Je baan verliezen is vervelend, zeker wanneer je wordt ontslagen. Gelukkig heb je als werknemer in veel gevallen recht op een transitievergoeding. Deze financiële compensatie helpt je met de overstap naar een nieuwe baan. In welke gevallen heb je recht op een transitievergoeding? En als je er recht op hebt, wat is dan de hoogte van de vergoeding?
Wat is een transitievergoeding?
Je werkgever betaalt jou een transitievergoeding als je wordt ontslagen, of als jouw arbeidsovereenkomst niet wordt verlengd. De transitievergoeding is verplicht door de overheid en heeft twee doelen.
- Jou helpen om sneller een nieuwe baan te vinden. Bijvoorbeeld door het bedrag te besteden aan om- of bijscholing. Je bent niet verplicht om de vergoeding hiervoor te gebruiken.
- Ervoor zorgen dat je jouw vaste lasten op korte termijn kunt blijven betalen. De transitievergoeding is een compensatie voor je ontslag.
Wanneer heb je recht op een transitievergoeding?
Je hebt recht op een transitievergoeding als je werkgever jou ontslaat of jouw arbeidsovereenkomst niet verlengt. Dit geldt ook als je tijdens de proeftijd wordt ontslagen. Het maakt niet uit of je een vaste of tijdelijke arbeidsovereenkomst hebt bij je werkgever. Neem je zelf ontslag vanwege ernstig verwijtbaar handelen van je werkgever? Ook dan heb je recht op een transitievergoeding.
Wanneer heb ik geen recht op een transitievergoeding?
Je hebt geen recht op de transitievergoeding als:
- je arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden wordt beëindigd;
- je zelf ernstig verwijtbaar hebt gehandeld;
- je een gelijkwaardige arbeidsovereenkomst krijgt aangeboden voordat je tijdelijke overeenkomst afloopt. Het maakt niet uit of je het aanbod accepteert of niet;
- je wordt ontslagen wanneer je jonger bent dan 18 jaar en maximaal 12 uur per week werkt;
- je de AOW- en/of pensioengerechtigde leeftijd hebt bereikt;
- in je CAO een gelijkwaardige voorziening is opgenomen bij ontslag wegens bedrijfseconomische redenen;
- je werkgever failliet is verklaard, uitstel van betaling heeft gekregen of in de schuldsanering zit;
- je een gelijkwaardig of beter aanbod van je werkgever weigert om je arbeidsovereenkomst te verlengen.
Hoe bereken ik mijn transitievergoeding?
Om de juiste berekening van de transitievergoeding te maken, heb je jouw bruto maandsalaris en de duur van je dienstverband nodig. Vervolgens kun je met de formule hieronder de hoogte van je transitievergoeding berekenen. Dit geldt ook als je arbeidsovereenkomst korter dan een jaar heeft geduurd.
- Je krijgt ⅓ van je bruto maandsalaris per gewerkt volledig dienstjaar.
- Voor het resterende deel van je arbeidsovereenkomst gebruik je de volgende formule: (het bruto salaris ontvangen over het resterende deel van de arbeidsovereenkomst / bruto maandsalaris) x (⅓ bruto maandsalaris / 12).
Let op: je werkgever mag kosten voor outplacement of scholing aftrekken van je transitievergoeding. De voorwaarde hieraan is wel dat je werkgever deze kosten heeft gemaakt in verband met je ontslag en dit schriftelijk heeft vastgelegd.
Hoogte transitievergoeding
Hierbij twee voorbeelden om de hoogte van de transitievergoeding te berekenen.
Voorbeeld
Stel je hebt 8 jaar en 15 dagen gewerkt. Je bruto maandsalaris dat meetelt voor de transitievergoeding was € 4.333,33. Je werkte 8 uur per dag en je bruto-uurloon was € 25.
- 8 dienstjaren x ⅓ van € 4.333,33 maandsalaris = € 11.555,43
- 15 dagen x 8 uur per dag x € 25 uurloon = € 3.000. De vergoeding over deze 15 dagen is (3.000 / 4.333,33) x (1.444,43 / 12) = € 83,33
Je krijgt een transitievergoeding van € 11.638,76 bruto.
Voorbeeld 2
Je werkgever ontslaat je tijdens je proeftijd. Je arbeidsovereenkomst heeft in totaal 15 dagen geduurd. Het brutosalaris dat meetelt voor de transitievergoeding over deze 15 dagen is € 1.500. Je transitievergoeding wordt dan als volgt berekend:
(€ 1.500 / 1.500) x (⅓ x € 1.500) / 12 = 1 x (€ 500 / 12) = € 41,67 bruto.
Hulp of extra informatie nodig? Met de rekenhulp transitievergoeding op de website van de Rijksoverheid bepaal je de hoogte van je transitievergoeding. Let op: de rekenhulp geeft een schatting. De werkelijke vergoeding kan anders uitvallen.
Veelgestelde vragen:
De maximale transitievergoeding bedraagt vanaf 1 januari 2024 € 94.000 bruto. Als je jaarsalaris hoger is dan € 94.000 bruto, ontvang je maximaal het bedrag dat gelijk is aan je bruto jaarsalaris. De minister beslist elk jaar per 1 januari over de aanpassing van de maximale transitievergoeding.
Let op: De transitievergoeding is een bruto bedrag. Je betaalt hier dus belasting over.
Voor de berekening van de transitievergoeding moet eerst het bruto maandsalaris worden vastgesteld. Dit verschilt per situatie. Er zijn drie mogelijke scenario's:
Vaste arbeidsduur
Bij een contract met een vaste arbeidsduur is vastgelegd dat je een vast aantal uren per periode werkt. In dat geval wordt je bruto-uurloon vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren per maand om je bruto maandsalaris te berekenen.
Oproepcontract
Bij een oproepcontract is geen vaste arbeidsduur vastgelegd. Je bruto maandsalaris is een optelsom van je bruto-uurloon vermenigvuldigd met het gemiddelde aantal gewerkte uren per maand in de 12 maanden voor het einde van je arbeidsovereenkomst. Als je korter dan een jaar in dienst was, gebruik je de duur van je arbeidsovereenkomst.
Stukloon of provisie
In dit geval wordt er gekeken naar het gemiddelde bruto maandsalaris in de 12 maanden voordat je arbeidscontract eindigde.
Naast dit basisloon kunnen voor het bruto maandsalaris de volgende componenten meetellen (wanneer van toepassing):
- Vakantiebijslag
- Vaste eindejaarsuitkering, 13e maand
- Ploegentoeslagen, onregelmatigheidstoeslag
- Overwerkvergoedingen
- Bonussen
- Winstuitkeringen
- Variabele eindejaarsuitkeringen
Bij de berekening van het aantal dienstjaren wordt er gekeken naar je contract(en). Maanden waarin je jonger was dan 18 jaar en minder dan 12 uur per week werkte, zijn niet van invloed. Bekijk hieronder welke situatie voor jou geldt.
Eén arbeidscontract
Je hebt één arbeidscontract gehad. De duur van dit contract is bepalend. Je hebt recht op de transitievergoeding vanaf de eerste dag van het dienstverband tot aan de beoogde einddatum van je contract.
Meerdere contracten (zonder tussenpoos)
Je hebt meerdere arbeidscontracten gehad. Deze contracten hebben elkaar direct opgevolgd zonder tussenpoos. De duur van je dienstverband is in dit geval een optelsom van alle opvolgende contracten bij dezelfde werkgever.
Meerdere contracten (opvolgende werkgever)
Als er sprake is van een zogenoemde opvolgende werkgever moet je contracten bij elkaar optellen. Er is sprake van een opvolgende werkgever als je bijvoorbeeld eerst via een uitzendbureau bij je werkgever hebt gewerkt. Vervolgens ben je bij diezelfde werkgever in dienst getreden en heb je daar vergelijkbare werkzaamheden verricht.
Ook bij een doorstart na een faillissement kan er sprake zijn van een opvolgende werkgever. Bij contracten vanaf 1 juli 2015 is er sprake van een opvolgende werkgever als het werk hetzelfde is gebleven. Bij contracten vóór 1 juli 2015 geldt de eis dat de opvolgende werkgever ook inzicht had in je functioneren.
Meerdere contracten (met tussenpoos)
Je hebt meerdere arbeidscontracten gehad met tussenpoos. Bij contracten vanaf 1 juli 2015 geldt dat ze meetellen als er een tussenpoos van maximaal 6 maanden tussen heeft gezeten. Bij contracten voor 1 juli 2015 geldt dat als er een tussenpoos van meer dan 3 maanden tussen je contracten zat, je oude contract niet meetelt voor de berekening van je transitievergoeding. Voor contracten voor bepaalde tijd geldt een tussenpoos van maximaal 3 maanden tot 1 juli 2012. Vanaf 1 juli 2012 tellen contracten voor bepaalde tijd met een maximale tussenpoos van 6 maanden, mee.
Vervaltermijn
Je werkgever moet de transitievergoeding binnen een maand na afloop van de arbeidsovereenkomst uitbetalen. Doet je werkgever dat niet, dan moet je binnen drie maanden na de laatste dag van de arbeidsovereenkomst een verzoek indienen bij de rechter. Dit is een vervaltermijn.