
Na 9 jaar eindelijk een vast contract!
Leestijd: 2 ½ minuut
Dit zijn de momenten waar je het als jurist bij ARAG voor doet: met succes een zaak aan de rechter voorleggen, zodat jouw cliënte krijgt waar ze recht op heeft. In dit geval, een contract voor onbepaalde tijd bij de universiteit waar ze al jaren werkte.
Verschillende formele werkgevers
De situatie was als volgt: Mijn cliënte was al enkele jaren achter elkaar werkzaam voor de Wageningen Universiteit (WU). Dit via verschillende detacherings- en uitzendconstructies (en dus via verschillende formele werkgevers). Per 1 februari 2020 trad ze rechtstreeks in dienst van de WU en wel full time voor de duur van 14 maanden. Begin januari 2021 kreeg ze te horen dat haar contract niet werd verlengd. Uiteindelijk kreeg ze wel een aanbod: zij kon voor de duur van een jaar in dienst blijven voor 0,7 FTE.
Opvolgend werkgeverschap en de ketenregeling
Mijn cliënte was het hier niet mee eens. Zij stelde dat er sprake was van een contract voor onbepaalde tijd met een omvang van 1 FTE, omdat er sprake was van opvolgend werkgeverschap. Opvolgend werkgeverschap wil zeggen dat de contracten die je als werknemer via derden hebt gehad, meetellen voor de wettelijke ketenregeling.De ketenregeling houdt in dat een werkgever je maximaal 3 tijdelijke contracten binnen 36 maanden mag aanbieden. Het vierde contract in de keten dient een contract voor onbepaalde tijd re zijn. Gevolg hiervan was volgens cliënte dat zij een vast contract had bij de WU. De WU erkent dat er sprake was van opvolgend werkgeverschap maar weigerde cliënte een vast contract te geven, omdat de cao Nederlandse Universiteiten opvolgend werkgeverschap uitsluit.
Cao in strijd met de wet
Namens cliënte stelde ik mij onder meer op het standpunt dat voornoemde cao bepaling die opvolgend werkgeverschap uitsloot in strijd is met de Nederlandse wet, althans de bedoeling van de wetgever. Daarom besloot ik de rechter te vragen om hierover een uitspraak te doen. Het resultaat: de rechter heeft bepaald dat het volledig uitsluiten van opvolgend werkgeverschap, in strijd is met de wet. Oftewel, de WU kan zich niet meer beroepen op de cao, maar moest mijn cliënte een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geven.
Gevolgen uitspraak
Deze uitspraak zal op dit moment de nodige consequenties gaan hebben voor Universiteiten. Werknemers in dienst van de enige Universiteit kunnen zich vooralsnog op deze uitspraak beroepen en aanspraak maken op een contract voor onbepaalde tijd. Let wel: het is slechts een uitspraak, en een zwaluw maakt nog geen zomer.
Linda Corvers